-ien
  1. , als verkleiningsuitgang in -tien, -(e)kien, -(e)gien (zd,md), in bijv.

    scheertien, koppien, kannegien (Sleen)

    hondtie (Vledder)

    houdje (Valthermond)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...