Spellingvarianten als bij: Frans I
uit Frankrijk afkomstig
Hij mit zien snorregien, hij döt wat Fraans an (Meppel)
Het wordt hoe langer hoe meer moede, um Frans te eten (Noordscheschut)
De Franse taal, ... les (De Wijk)
piep
stompjes van tanden
schoele
z. ook bij
biggen
direct
Fraanse schoele
zo bot
De Franse stand
korte
Frans staon
een slecht gebit, ook gezegd van een trage eter
Peerden mit Fraanse voeten (Smilde)
Oes peerd hef last van de Franse stand (Grolloo)
Dat peerd stiet Fraans op zien poten (Drouwen)
Dat peerd moej vortdooun, het lop ja zo Fraans as wat (Eext)
Hij deu het met de Franse slag
hebben het bijna op
Franse gelen
vanuit stilstand springen
Franse eerpel (Norg)
bot vangen
Fransen
vreemd, niet eigen(Midden-Drenthe)
Kinder kriegt asmangs een gril dat ze alles op batterij haolt, mor speulen der met en het weer opbaa
knotten
Het leren is Fraans mit hum
bijknippen
Zien praoten is Fraans
kinderspel
Het was vandaoge weer Frans mit hum, het lukte weer niet (Klazienaveen)