achterstaon onovergankelijk, sterk, werkwoord
  1. achter staan

    As een club achterstiet mut ze er wat harder an trekken (Schoonebeek)

    Zie ook:
  2. de mindere zijn

    Oonze kiender huuft niet aachter te staon bij de kiender van de buren (Diever)

    Hij wuur verstöt, hij mus aaid achterstaon (Sleen)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...