achtervördel -s, dehet
  1. helft van het achterstuk van een rund

    Bij oos naobers hebt ze een achtervördel van een ko koft (Beilen)

    Het achtervördel is beter dan het veurvördel (Wijster)

    Zie ook:
  2. één van de achterste twee kwartieren van een uier(Zuidwest-Drenthe)

    Die koe wrangt in het linker achtervördel (Broekhuizen)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...