anbouw -en, de
  1. aanbouw

    Daor bint nog heel wat hoezen in anbouw (Anderen)

    Zie ook:
  2. nieuw gebouwd gedeelte, uitbouw

    Hier is de neie anbouw

    in de war

    Bij ons mos de schuur een anbouw hebben veur de sik

    De olden zaten in de anbouw

    beet

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...