aanhechten(Kop van Drenthe, Zuidwest-Drenthe)
Ik heb het gaoren op, even een neie klouwen anlappen (Ruinen)
Hij mus de deuren anlappen, ...anstokken
zie ook
Even der een stukkie anlappen en dan is het net lang genog (Schoonoord)
Daor hef hie hum anlapt
door het knipogen schuurde de suiker over de oogappel van het schaap
aansmeren
Wij wussen het eerst niet, maar toen begrepen wij, dat de buurman hum dat anlapt har
eten maken
Dat heb ik hum mooi anlapt
bakt
te grazen nemen(Zuidoost-Drenthe)
Ik zal hum wal even anlappen (Sleen)
aangegeven, aanklagen(Kop van Drenthe, Midden-Drenthe, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidwest-Drenthe Zuid)
Hoe kun de man dat doen, um hum an te lappen bij de politie (Exlo)
Ze hebt hum der goed an elapt, hij was er vies bij (Hoogeveen)
Het is wal singelier dat ze Jan non net pakt hebt; ie zullen zeggen, die mot haost anlapt wezen (Hijken)
Ik zal 't er oe anlappen
in de kost