anval -len, de
  1. aanval

    Ze hebben de eerste aanval ofslaogen (Valthermond)

    Hij kreeg weer zo'n (a)anval, hij rookt ok veul te veul

    diarree (Schn) .

    Zie ook:
  2. klein schuin dak aan voorkant van het huis(Kop van Drenthe)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...