aanzitten aan het avondmaal
Zie ook:(er) aanzitten
Daor moej niet aal met de vingers anzitten (Emmen)
Ie meugt hier naargens anzitten (Eext)
eraan vastzitten
Je hebt je eigen bod verhoogd; wus ie niet daj der anzaten? (Zwiggelte)
Der zit nog wal wat an an de handel
van 'heet' meisje