anzuvern werkwoord, zwak, (on)overgankelijk
  1. aanzuiveren, voldoen

    Wij wilt de schulden anzuvern (Sleen)

    Zie ook:
  2. zuiver worden

    De wonde zuvert al mooi an (Barger Oosterveld)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...