bams de
  1. klap

    Hie hef hum toch een bams veur de kop geven (Borger)

    Zie ook:
  2. dreun

    Hij kon het vrachie neit haolden, 't kwam mit een bams op de grond (Emmer Erfscheidenveen)

    Zie ook:
  3. klanknabootsing

    Ik haar alles mooi opstapeld en bams!, daor lag het en kun ik opnei begunnen (Hijken)

    Bams, die is dicht (Nieuw Amsterdam)

    er vandoor

    wams

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...