bedarven sterk, werkwoord, (on)overgankelijk, Zuidwest-Drenthe Noord, Zuidwest-Drenthe Noord

Ook: bedaarven (Zuidwest-Drenthe Noord)

  1. bederven

    Aj dat peerd klappen geeft, kuj hum hielmaol bedarven (Mantinge)

    Die jong is stok en steein bedörven (Gasselte)

    IJ hebt dat hiele taofelklied bedörven met je gemos (Zweelo)

    Hij kun het niet bai hom bedaarven (Roderwolde)

    Daor is niks an te bedarven

    centen grabbelen, die door het bruidspaar worden gestrooid

    Jammer van dat eten, het is bedörven (Noordscheschut)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...