belang
Ik heb wal belang bie dat peerd (Barger Oosterveld)
Wat een belang!
een lief veulentje
Hij zit in het bestuur van het plaotselijk belang (Exlo)
Hij hef daor belangen in
uitgelaten vrouw of meisje
Hie stemde veur, umdat hij der belang bij hadde (Schoonoord)
Ik stel der wal belang in
er was veel werk te doen
Het was een drokte van belang
naar boven trekken