besnuffeln overgankelijk, werkwoord, zwak
  1. besnuffelen

    Dei hond besnuffelde mie heilemaol (Barger Oosterveld)

    Hai is nait van de rötten besnuffeld

    men moet werken voor z'n inkomsten (N:Sle), zo ook

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...