bestrien overgankelijk, sterk, werkwoord
  1. bestrijden

    Aj dat onkroed nich bestriedt, koj der onder (Barger Oosterveld)

    Zie ook:
  2. ontkennen

    Ze bestriedt dat ze daor west bint (Eext)

    Zie ook:
  3. (zoz), in

    Hie hef zuk bestreen

    kan geweldig werk verzetten, doet graag ruig werk op het land en doet alles erg druk

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...