beweging -s, de
  1. beweging

    Een beetie bewegen is wel goed (Grolloo)

    De wagen zat zo vaste, daor was gien beweging in te kriegen (Havelte)

    Zie ook:
  2. zaak

    Greszaod verbouwen is een beste beweging (Barger Oosterveld)

    Het was een beste beweging daj dat mèensk even hulpen hebt (Oosterhesselen)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...