boemel -s, de
  1. het boemelen

    Hij is de leste tied aordig an de boemel west (Sleen)

    Zie ook:
  2. boemeltrein

    Hij miste de ansluting mit de sneltrein, toen hef hij de boemel maar eneumen (Wapserveen)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...