daarnbruud het, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidoost-Drenthe (veengedeelte), Zuidoost-Drenthe (veengedeelte)

Ook: darre..., darren..., dorren... (Zuidoost-Drenthe (veengedeelte))

  1. darrenbroed

    De kast is moorloos. Dan slaot ze daarnbruud op en dan kuj zien dat e moorloos is (Sleen)

    Ik heb het darrenbröd er uut ensnène (Zuidwolde)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...