demp II bijvoeglijk naamwoord, Zuidwest-Drenthe, Zuidwest-Drenthe

Ook: dempig, dempe (Zuidwest-Drenthe)

  1. dampig, aamborstig

    Mit mistig wèer is opa vaeke wat demp (Diever)

    Ik bin zo demp as een kaarn (Sleen)

    een old peerd (Hoogeveen)

    Een dempig peerd hiemt (Ruinen)

    Zie ook:
  2. bedorven(Zuidwest-Drenthe Zuid)

    Wat is er een malle, dempe locht ien de opkamer, het raam mag neug een poze lös (Ruinen)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...