dodde I -n, de, Kop van Drenthe, Kop van Drenthe, Midden-Drenthe, Midden-Drenthe, Zuidoost-Drenthe, Zuidoost-Drenthe, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidwest-Drenthe Zuid, Zuidwest-Drenthe Zuid

Ook: dot (Kop van Drenthe), (Midden-Drenthe), (Zuidoost-Drenthe), dotte (Zuidwest-Drenthe Zuid)

  1. in bet. 1

    Zie ook:
  2. dot

    Daor lig nog een dot poetsketoen op taofel (Eext)

    Dat raampien is kepot, stop der even een dodde stro in, dan is het tochten daon (Zweelo)

    De dodden uut de neuze (Zuidwolde)

    Zie ook:
  3. soort fopspeen van een lapje met bijv. suiker of brandewijn om een kind rustig te houden of in slaap(Zuidwest-Drenthe)

    Een dodde is een lappien mit een rozien uut braandewien um kind in slaop te kriegen (Meppel)

    Zie ook:
  4. eerste ontlasting(Zuidwest-Drenthe Noord)

    Een vul een stokkien botter achter de koezen doen, dan kun hij de dodde kwiet worden (Wapserveen)

    Zie ook:
  5. klein kind,

    Wat is het een klein, lief doddegien (Schoonebeek)

    Wat een lieve dodde (Wapserveen)

    Zie ook:
  6. jonge, nog kale vogel(Kop van Drenthe, Midden-Drenthe, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte))

    In het nust zaten drie kale dodden (Schoonebeek)

    z. ook

    kedodde

    Zie ook:
  7. slaap

    Hij is nog niet wakker, hie hef nog zukke dodden, ...kladden in de ogen zitten (Sleen)

    niet zo'n grote stap maken

    dorre

    Zie ook:
  8. langzaam persoon, sufferd(Midden-Drenthe, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidwest-Drenthe Zuid)

    Wat een dodde van een jong is dat (Stieltjeskanaal)

    Zie ook:
  9. pluim van rietstengel(Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte))

    Zie ook:
  10. kern van ettergezwel(Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte))

    As die dodde der mar oet is, dan trekt e wal weg (Padhuis)

    Zie ook:
  11. inktvlek (oz) .

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...