drek de, Zuidoost-Drenthe (veengedeelte), Zuidoost-Drenthe (veengedeelte)

Ook: drak (Zuidoost-Drenthe (veengedeelte))

  1. etter

    Wat zat er een drek in die hellige bloedvin (Padhuis)

    Zie ook:
  2. vuil

    Hij had hum niet good ewossen, want hij had het drek nog in de ogen (Hoogeveen)

    Zie ook:
  3. modder

    Wat een weg, het is almaol drek (Sleen)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...