drukker(d) -s, de

Spellingvarianten als bij: drukken

  1. duw

    Geef hum is een drukker (Grolloo)

    Zie ook:
  2. slome, iem. die niet opschiet, plakker

    R. is een drokkerd, hij wet niet van anpakken (Zuidwolde)

    Aj die op visite kriegt, dan binj hum mor zo nog niet wèer kwiet, dat is jao zo'n drukkerd

    wil alles hebben

    Zie ook:
  3. zoen(Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidwest-Drenthe)

    Ik heb hum nog een drukkerd geven, veurdat ik weggung (Sleen)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...