Ook: ummer (Midden-Drenthe), (Zuidoost-Drenthe (veengedeelte)), (Zuidwest-Drenthe)
emmer
Het lekte zo slim in de schure, ik heb der een ummer underzet (Beilen)
De zinken ummer rak wat uut de mode (Uffelte)
Die koe gef een dik emmer vol melk (Borger)
As een ko wat ofhangend op de plaete was, worde der wel ezegd: Ze steet naor de emmer (Wapse)
Dat dut de emmer overlopen (Valthermond)
(vaak verkl.) zuiger van de pomp
Het leer van het emmertien is versleten (Sleen)