falliesement -en, het, Midden-Drenthe, Midden-Drenthe

Ook: faillisement, feliesement (Midden-Drenthe)

  1. faillisement

    Hie stiet er niet bèest veur, murgen wordt het falliesement oetspreuken (Balloo)

    Het was wal te zeen, dat het met die leu op een falliesement oetdreide (Beilen)

    Een falliesement anvraogen (Beilen)

    Die man is het falliesement ook anzegd (Weerdinge)

    Zie gaot tegenworig um de haverklap falliet, en een poosie naotied kuj lezen dat het falliesement op (Odoorn)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...