flierefluiten onbepaald, wijs, Midden-Drenthe, Midden-Drenthe, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte)

Ook: flierfluiten (Midden-Drenthe), (Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte))

  1. nietsdoen, lanterfanten

    Hie lop de hiele dag te flierefluiten (Balloo)

    Hij zit wat te flierefluiten (Hoogeveen)

    Ie begriept niet woor ze van rondkoompt, ze doet niet aans dan flierefluiten (Pesse)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...