foestern werkwoord, zwak, (on)overgankelijk, Midden-Drenthe, Zuidwest-Drenthe Noord
  1. prutsen(Midden-Drenthe)

    Hij foestert alles weer an mekaor (Rolde)

    Zie ook:
  2. geheimzinnig doen(Zuidwest-Drenthe Noord)

    Wat hej daor te foestern? (Dwingelo)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...