foksie -s, het
  1. klein persoon, ook van een kind(Kop van Drenthe)

    Mien kleindochter was een klein foksie (Zeyen)

    Zie ook:
  2. gevoel(Zuidwest-Drenthe Zuid)

    Hij har gien foksie veur dat wark (Pesse)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...