gedienstig bijvoeglijk naamwoord, bijwoord

Spellingvarianten als bij: dienst

  1. gedienstig, hulpvaardig

    Gao doe is even overende en wees ook is even gedainstig (Valthermond)

    Die wil ok even gedienstig wezen en dan brek heur alles kepot (Klazienaveen)

    Zij was zo gedeinstig, dat ze der noe mit zit

    zodat er ezelsoren ontstaan

    Aj al te gedienstig binnen, dan bi'j op de duur niet veule meer in de rèken (Meppel)

    Dei man is zo gedainstig as een schoubössel (Emmer Compascuum)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...