geef bijvoeglijk naamwoord, Midden-Drenthe, Zuidoost-Drenthe, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidwest-Drenthe

Ook: gaaf

  1. gaaf

    De gebinten zint aold, dat is waor, mor zie zint nog zo geve! (Sleen)

    Goed geef holt (Dwingelo)

    Die appels bint goed geve, die kunt vaste lange duren (De Wijk)

    Een bakstien klinkt gaaf

    stevige benen (Ker), z. ook

    Het is zo geef as kriet (Hoogeveen)

    as een neute (Eelde)

    as een appel (Coevorden)

    as een ekkel (Ruinerwold)

    as een winterappeltien (Meppel)

    as een korrelieken (Westerbork)

    as gold (Grolloo)

    Zie ook:
  2. betrouwbaar(Zuidwest-Drenthe Zuid)

    Hij is goed geve! (Hoogeveen)

    Die is niet zo geve onder het vessien (Stuifzand)

    Niet goed geef

    aarde onder de zode weggraven om het land te verlagen of om aarde te krijgen (Ruw), z. ook

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...