gek II bijvoeglijk naamwoord, bijwoord
  1. krankzinnig, dwaas, gek, vreemd

    Bij gek of wat mankeert je (Sleen)

    Dat is um gek van te worden

    er is te veel of te lang heet water op het gedode varken gegoten, zodat er bij het afkrabben vel meekwam

    Ik bin wel gooud, maor niet gek (Norg)

    Hij is te gek um an het heui te bienden

    z. ook

    De kinder binnen heilemaol gek, der komp vaast dunner

    z. ook

    Hij wordt gek in de kop

    boompje wisselen, spel (Sle), ...

    Gek, dat hij dat dut

    pand verbeuren

    Gek, zoveul volk as der was (Tweede Exloërmond)

    Gek, wat een wind, wel twai pramen vol (Valthermond)

    Daor zuj nog gek van opkieken (Buinen)

    Hie was gek in de kop

    alle centen in Coevorden uitgegeven

    Iene de kop gek maken

    z. ook

    Het is nog gekker as gek

    moet je niet weer doen, verdorie

    Ie bint gek aj die koe veur det geld wegdoet (Ruinerwold)

    Dat dou ik nait, want ik bin nait gek! (Valthermond)

    Die kerel is goed gek, riepe veur Zuudlaoren

    z. ook

    Het is te gek um lös te lopen (Erica)

    Hij is te gek um veur de duvel te dansen (Klazienaveen)

    Wat een gekke jurk hef die an (Pesse)

    Daor keek ik toch zo gek tegenan

    is een wagen of koets met linnen of zwart zeildoek overtrokken'

    Dat kwam mij niet gek veur (Sleen)

    Wij hebt tegenwoordig zo'n gekke tied (Nieuw Dordrecht)

    Een gek feguur slaon

    z. ook

    Dat kwam mij niet gek veur (Emmen)

    Hij is zo gek as een cent (Dwingelo)

    as het peerd van Sunterklaos (Eext)

    ...nog gekker as het peerd van Christus (Eext)

    ...zo gek as een siepel (Hijken)

    Het is te gek um lös te lopen (Anderen)

    Nog gekker as goezebroek

    ligt (Sle), z. ook

    Zoiets geks heb ik nog nooit metmaakt (Buinen)

    Hij was ok weer deur het gekke hen (Klazienaveen)

    Hij gung te kere as een gekke (Roswinkel)

    Zie ook:
  2. gek op

    Jonge, wat was hij gek op dat wicht (Barger Compascuum)

    Spekpannekoeken daor ben ik gek op (Klazienaveen)

    Zie ook:
  3. boos(Midden-Drenthe)

    Ik was haost zo gek op die kerel, ik wol hum wel wat op zien donder geven (Klazienaveen)

    Gek in de kop wezen (Dwingelo)

    Hij hef het mit zien gekke kop daon (Sleen)

    Zo gek as een spinne (Ruinerwold)

    Zie ook:
  4. dol

    As de bolle gek wordt, maek dan mor daj vurtkoomt (Diever)

    De veearts hef die gekke hond van heur moeten ofmaken (Padhuis)

    De kaalver bint oet het laand oet, zie bint zuver gek (Eext)

    Zie ook:
  5. erg, zeer

    Ik woon hier ook nog niet zo gek lang (Buinen)

    Der stiet vandage ook gek veule wiend (Hoogeveen)

    *Aj gek wordt, komt het je in de kop an (Sleen)

    Hoou older, hoou gekker (Eext)

    Gek is lastig (Hijken)

    Gek is niet arg, mor um je gek te holden

    verdriet doen

    Beter een keer dronken as gek (Norg)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...