gesmèerd bijvoeglijk naamwoord, bijwoord, Midden-Drenthe, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidwest-Drenthe Zuid

Ook: gesmeerd

  1. gesmeerd

    Het giet as gesmèerd

    de een na de ander

    Het lop as gesmeerd (Stieltjeskanaal)

    De verkoop lop gesmeerd, daor bint ze zo deur

    Hoe giet het mit de neie trekker, döt hij het nou goed? As gesmeerd, man! (Havelte)

    As de gesmeerde bliksem

    z. ook

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...