geteugen bijvoeglijk naamwoord

Ook: getogen

  1. getogen

    Wij bennen getogen Klazienaveners (Klazienaveen)

    Hij zal het wel weten, hij is hier geboren en getogen (Broekhuizen)

    Ik bin op Padhoes geboren en geteugen (Padhuis)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...