Ook: glinstertien (Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte)), gliestertien (Zuidwest-Drenthe Zuid)
een klein beetje, een schijntje
De vrouwe sneed een dun gliestertien van het spek of (Uffelte)
Ik krege maor een glienstertien keze op de stoete (Zuidwolde)
Ie hebt gien glienstertie kaans daj dat baantie kriegt (Beilen)
Der kwam een klein glinstertien locht deur het gerdien (Borger)