Ook: goedigheid (Zuidoost-Drenthe), (Zuidwest-Drenthe Noord)
goeiigheid
Hij dee het oet goeiigheid (Sleen)
Dat is de goudigheid zölf
had er veel problemen mee
In de goeiigheid is dat overlegd, en toch is het mislopen
gezegd als men het erg koud heeft
Ie moet der in de goedigheid even met hum
over proten
z. ook
In de gooudigheid, wat hej non weer oetvreten
de hele groep