Ook: grillerig (Zuidoost-Drenthe), grillig (Midden-Drenthe)
rillerig
Ik zal wal een beetie de kaolde te pakken hebben, deink, ik veul mij de hele dag zo grilderig (Hijken)
Aj roos op de hoed hebt, bi'j grilderig (Oosterhesselen)