habiet -en, het, Midden-Drenthe, Veenkoloniƫn, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidwest-Drenthe Zuid, Zuidwest-Drenthe Zuid

Ook: hebiet (Zuidwest-Drenthe Zuid), habijt (Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte))

  1. habijt

    Sinterklaos hef een rood habiet (Nieuw Amsterdam)

    Die het habiet annam, gung het klooster in (Smilde)

    Zie ook:
  2. deftige kleding

    Hej je zundagse habiet an? (Balloo)

    Ik heb mij mor ies knap in het habiet esteuken (Diever)

    Wat is er gangs, wat bist do ja in het habiet (Schoonebeek)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...