hacht de, Zuidwest-Drenthe Noord, Zuidwest-Drenthe Noord, Zuidwest-Drenthe Zuid

Ook: hach II, hach (Zuidwest-Drenthe Noord)

  1. het risico

    As een koe verkocht is en nog niet ofleverd, is de hacht veur de eigenaar (Vledder)

    Die hach neem ik op mij, ik zal het zaekien onderholden (Wapse)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...