Ook: habbeln (Midden-Drenthe)
lispelend praten(Kop van Drenthe)
Hij staait er maor wat te haffeln (Een)
ruziƫn(Midden-Drenthe, Zuidoost-Drenthe (veengedeelte))
Zie ook:elkaar spelend bijten(Kop van Drenthe)
De peerden staon mooi bij mekaor te haffeln (Een)