heis I -en, de, Kop van Drenthe, Kop van Drenthe, Midden-Drenthe, Zuidoost-Drenthe

Ook: hes, hais (Kop van Drenthe)

  1. Vaak verklveulen, paard, vooral gebruikt als roepnaam, anders veelal kindertaal

    Heis, heis, kwan dan! (Hijken)

    Hais(ie), dat ruipen ie en dan stak het peerd of vool de oren op en dan kwam e (Eexterveen)

    As wij het peerd rooupt, zeg wij: heis, heis en as wij het vool rooupt, zeg wij: heisie, heisie (Gasselte)

    hes

    hessien (Uffelte)

    Woj even op het heisien zitten? (Sleen)

    Hael ie hes even uut het laand (Diever)

    Het was een leef hessie

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...