hobbe -n, de
  1. vrouw die tegen nieuwjaar, Pasen of met St. Nicolaas voor de bakkers ventte met allerlei lekkernijen(Midden-Drenthe)

    Hoe is 't, is de hobbe al bij je an de deur west? (Hooghalen)

    Jaantie gunk met Sunterklaos as hobbe met de hobbemaande an de arm met sunterklaosies, aole wieven e (Beilen)

    Bron: Driemaandelijkse Bladen voor taal en volksleven in het oosten van Nederland Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...