hoendergat het, Veenkoloniƫn, Zuidoost-Drenthe
  1. gat waar de kippen door kunnen(Zuidoost-Drenthe)

    Het hoendergat in de baansdeur (Padhuis)

    Hij is baos veur 't houndergat as de hane der nich is (Barger Compascuum)

    Zie ook:
  2. (vk, zov), in

    Wat is dat een neisgierig houndergat

    ondergat

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...