iek -en, de, Kop van Drenthe, Kop van Drenthe, Kop van Drenthe, Midden-Drenthe, Midden-Drenthe, Veenkoloniën, Veenkoloniën, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidoost-Drenthe (veengedeelte), Zuidoost-Drenthe (veengedeelte), Zuidwest-Drenthe, Zuidwest-Drenthe Zuid, Zuidwest-Drenthe Zuid, Zuidwest-Drenthe Zuid

Ook: ieke (Zuidwest-Drenthe Zuid), eik (Kop van Drenthe), (Zuidoost-Drenthe (veengedeelte)), eeik (Midden-Drenthe), eke (Zuidwest-Drenthe Zuid), aik (Kop van Drenthe), (Veenkoloniën)

Bron: J. Pan, Drenthsche woorden en spreekwijzen. Assen 1848
  1. De genoemde vormen komen met name in samenstellingen voor, omdat voor de eik vaak de vormen met

    -boom

    Zie ook:
  2. eik

    Der steeit bij oons an de dam nog een beste eek (Gasselte)

    Die ekkelboom drag geweldig

    Het bint daor almaol ieken (Sleen)

    iekenboom

    ekkelboom

    Zie ook:
  3. schors van de eik(Zuidwest-Drenthe Zuid)

    Die schors nume wij iek (Hoogeveen)

    Bron: Gegevens, aanwezig in het nagelaten materiaal van Naarding & J. Pan, Drenthsche woorden en spreekwijzen. Assen 1848 Zie ook:
  4. plantensap(Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte))

    Iek is blauw vocht,

    wat oet iekenholt trekt, wat net kapt is (Odoorn)

    Oet een peerdebloem lekte iek, daor kreej van die smerige vlekken van op de handen (Sleen)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...