köster -s, de, Zuidoost-Drenthe, Zuidoost-Drenthe, Zuidwest-Drenthe Zuid, Zuidwest-Drenthe Zuid

Ook: koster (Zuidoost-Drenthe), (Zuidwest-Drenthe Zuid)

  1. koster

    De olde koster van de karke hef hum op ehungen an het klokketouw (Havelte)

    Zie ook:
  2. bruine meikever(Midden-Drenthe, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidwest-Drenthe Zuid)

    As wij as kinder hen ekkelbieters zuken gungen, wussen wij precies wat een köster of een domnee of (Oosterhesselen)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...