karnemelks bijvoeglijk naamwoord
  1. van karnemelk

    Ie haren kaarnemelkse gortebrij en zutemelkse gortebrij (Dwingelo)

    Karnemelkse gortebrij is gorte ien karremelk ekookt (Wapserveen)

    Ik haar de hele kerremelkse tonne wel lèeg willen drinken

    Bron: G. Broekhuizen Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...