keffer(d) -s, de

Spellingvarianten als bij: keffen

  1. Ook vaak verkl

    Zie ook:
  2. hond die veel keft

    Die keffer van een hond hef de hele buurt een hekel an

    Dei hond is een kifkerd, hij kift aal man deur (Barger Compascuum)

    Zie ook:
  3. mond(Zuidoost-Drenthe (veengedeelte))

    Hol ie joen kefferd nou mar ies even dichte (Klazienaveen)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...