Ook: karken... (Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte)), kerkzakkie (Midden-Drenthe)
Bron: H. Molema, Proeve van een woordenboek van de Drentsche volkstaal in de 19e eeuw. MS UB Groningencollectezak in kerk
Vrogger zat er mangs wal een bellegien an de karkbuul, mar miestal toch een pluumpien (Padhuis)
Der zat vaeke een bool rooie loop in de kaarkebuul