kezen I overgankelijk, werkwoord, zwak, Zuidoost-Drenthe (veengedeelte)
  1. kazen

    Die melk is keisd

    Die soepenbrij begunt te kezen (Rolde)

    As de melk bij het koken keest, is ze an zoerworden toe (Zwinderen)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...