baggeren, in natte grond lopen(Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidwest-Drenthe Zuid)
Waor heb ie weer ien lopen te kleistern? Ie hebt de modder nog an de kuten zitten (Ruinerwold)
Die hoender kleistert het hiele zwikkien understeboven
klèeien
kliederen(Zuidwest-Drenthe Zuid)
Maagien, ie muut niet zo kleistern mit die modder (Havelte)
Hij kleisterde en motte, het was meer dan barre
met schelle stem druk en luid praten, klesten(Midden-Drenthe, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte))
Moej die vrouwlu toch ies weer heuren kleistern (Stieltjeskanaal)
kelstern