knaskern onovergankelijk, werkwoord, zwak, Zuidoost-Drenthe (veengedeelte)
  1. knarsen

    Dat peerd knaskert mit de koezen (Weiteveen)

    Dat van een zwienoor, as ie dat opeet, dan knaskert dat zo (Barger Compascuum)

    Zie ook:
  2. kreunen

    Dat zwien dat knaskert, dat is nich goud in orde (Barger Compascuum)

    knarpen

    knastern

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...