knupdoek de
  1. doek om de hals met knoop aan de voorkant

    Hij had zien zieden knupdoekie veur (Hoogeveen)

    Het ol mensk haar de knupdouk om (Norg)

    Bij het dörsen haar het perseniel altied een knupdook um

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...