kops bijvoeglijk naamwoord, bijwoord, Zuidoost-Drenthe, Zuidwest-Drenthe Zuid
  1. kops

    De kopse kaant (Westerbork)

    Bij de stiensmuren, zoas die eerder emetseld wörden, lagen de stienen um een aandere laoge, streks (Koekange)

    Zie ook:
  2. van kopturven, die tegen de scheerturf liggen

    De törven liggen der kops veur (Norg)

    tegenan (Zeyen)

    Zie ook:
  3. lijdend aan draaiziekte, van schapen

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...